Waarschuwingsbericht

The subscription service is currently unavailable. Please try again later.

Specifieke natuurdoelen

De Maten streeft naar: vijvers, moerassen, heide en bos van topkwaliteit. Het open vijver- en moeraslandschap is het ideale leefgebied voor roerdomp en woudaap. In de broekbossen voelt de kwak zich thuis. In de vijvers planten de zeldzame boomkikker, knoflookpad en heikikker zich voort. De heide en landduinen zijn begroeid met struikheide, buntgras, mostapijtjes en korstmossen. Op de natte plekken geven dopheide, veenmos, zonnedauw, snavelbies en beenbreek meer kleur. De bossen schermen De Maten enigszins af van de stedelijke omgeving, maar zijn ook het leefgebied voor de zwarte specht.

Dit zijn de specifieke natuurdoelen voor gebied 'De Maten':

Boslandschap

Oppervlaktedoelstelling
=
Omschrijving oppervlaktedoelstelling

Behoud mooi ontwikkeld habitat ter hoogte van Peerdsdiefwijer en Soorweyer ( 29 ha)

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Voor de te behouden elzenbroekbossen wordt een gevarieerde bosstructuur tot doel gesteld met veel dood hout en sleutelsoorten in de ondergroei. Doelstelling is daarom ook een natuurlijke hydrologie en water van een voor dit habitat gepaste kwaliteit.

Oppervlaktedoelstelling
=
Omschrijving oppervlaktedoelstelling

Behoud van bossen met bufferende functie of die als scherm dienstig zijn. Deze definiëring komt grosso modo overeen met het behoud van bossen aan de rand van het gebied. Verboste of beboste situaties meer centraal in het gebied dienen in die context niet te worden behouden wanneer daar ecologische redenen voor zijn (zie habitats Landschap: Heidelandschap).

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Verhogen van de kwaliteit van buffer- en schermbossen. In openbare bossen en privé-bossen gelegen in VEN geldt de toepassing van de CDB. Nadruk dient gelegd op de nood aan open plekken, ook in deze buffer- en schermbossen zodat natuurwaarden die open ecotopen behoeven kunnen migreren van binnen het gebied naar buiten de grenzen ervan.

Omschrijving populatiedoelstelling

Behoud van de soort op de actuele locaties

Kwaliteitsdoelstelling
=
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Behoud kwaliteit van de leefgebieden

Omschrijving populatiedoelstelling

Behoud van het belang van het gebied voor doortrek.

Broedgevallen worden niet bij voorbaat uitgesloten maar er wordt hiervoor nu geen specifieke doelstelling vastgelegd. Indien dit zich zou voordoen, bv. in geval dat maatregelen van waterkwaliteitsverbetering en vijverbeheer ingevoerd worden, dient doelstelling voor deze soort herbekeken.

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Deels gedekt met de realisatie van de kwaliteitsdoelstellingen voor Roerdomp, Landschap: Vijver- en moeraslandschap.

Additioneel bijzondere aandacht voor het behoud van de kwaliteit van het foerageergebied in de noordelijke cascade. Dit wil zeggen: de combinatie van riet, wilgenopslag en moerasbos dient behouden.

Omschrijving populatiedoelstelling

Behoud van de soort op de actuele locaties

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Door het ouder worden en toepassen van de CDB zal de kwaliteit van het leefgebied voor deze soort toenemen.

Omschrijving populatiedoelstelling

Behoud van de soort op de actuele locaties

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Toename van voldoende grote bloemrijke hooilanden met overgang naar moerasspirearuigten en bossen met mantel-zoomvegetaties.

Omschrijving populatiedoelstelling

Behoud populatiegrootte

Kwaliteitsdoelstelling
=
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Toepassen van de CDB voor gemeentebossen en privé-bossen gelegen in het VEN zal inspelen op de tot doel gestelde kwaliteitsdoelstellingen.

Heidelandschap

Oppervlaktedoelstelling
+
Omschrijving oppervlaktedoelstelling

Doel voor complex van beide habitats: Actueel 47 ha, toename met 45 ha (omvorming)= einddoel van 92 ha

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Kwaliteitsvereisten zijn o.m.

  • een goede structuurvariatie van de habitats met zoveel mogelijk open (stuivend) zand en behoud van de buntgrasvegetatie, mostapijtjes en korstmosvegetatie voor Open graslanden en creëren van naakte bodem afgewisseld met een gevarieerde ouderdom van struikheide in psammofiele heide;
  • zo beperkt mogelijke boomopslag in de habitat.
Oppervlaktedoelstelling
+
Omschrijving oppervlaktedoelstelling

Doeloppervlakte 34 ha, behoud actuele oppervlakte (29 ha) met toename van 5 ha ter hoogte van Heiweyer of langsheen de Lange Waters.

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Kwaliteitsvereisten zijn o.m.:

  • beperkte aanwezigheid van pijpenstrootje;
  • beperkte aanwezigheid boomopslag in de habitat.(wilg of berk);
  • een natuurlijke hydrologie.
Oppervlaktedoelstelling
+
Omschrijving oppervlaktedoelstelling

Doeloppervlakte van 19 ha: behoud van de actuele oppervlakte (5ha) met toename van 14ha.

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Kwaliteitsvereisten zijn o.m.

  • een beperkte aanwezigheid van pijpenstrootje en
  • een beperkte aanwezigheid van boomopslag in de habitat.
Oppervlaktedoelstelling
+
Omschrijving oppervlaktedoelstelling

Doeloppervlakte van 28 ha: actuele oppervlakte een kleine 5 ha, toename habitat van 23 ha (omvorming van bos of grasland naar heischraal grasland).

Voor het subtype vochtig heischraal grasland wordt het behoud van de actuele habitatvlekken vooropgesteld.

Voor het subtype soortenrijk struisgrasland wordt een oppervlakte-toename van ongeveer 23 ha vooropgesteld ter hoogte van de actueel minder voedselrijke hooi- en weilanden in de omgeving van de aanwezige habitattypes en de bermen van het Albertkanaal.

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Kwaliteitsvereisten is een extensief gebruik van deze graslanden.

Oppervlaktedoelstelling
+
Omschrijving oppervlaktedoelstelling

Doeloppervlakte van 5 ha door herstel actueel habitat

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Kwaliteitsvereisten zijn o.m.:

  • beperkte aanwezigheid boomopslag in de habitat;
  • een natuurlijke hydrologie;
  • voldoende voedselarme waterlichamen.
Oppervlaktedoelstelling
+
Omschrijving oppervlaktedoelstelling

Toename van de oppervlakte in samenhang met de uitbreiding en het herstel van Vochtige heide (2-5%).

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Behouden van voldoende plagplaatsen in natte heide.

Vijver- en moeraslandschap

Oppervlaktedoelstelling
+
Omschrijving oppervlaktedoelstelling

Doeloppervlakte van 2 ha door omvorming (bv door herstel abiotiek HuIskens- en Rockxsweyer) of door uitbreiding (herstel voormalige vijvers als de Heiweyer).

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Bodem van de vijvers is zandig en grotendeels vrij van slib en organisch sediment. Helder oligotroof tot mesotroof water met voldoende lage hoeveelheden totaal aan stikstof en een zure tot circumneutrale pH. De natuurlijke hydrologie met aanvoer van lokaal grondwater dient hersteld te worden en waterlobelia (of kleine biesvaren) is frequent aanwezig. Om windwerking toe te laten is het open houden van de dijken van belang.

Oppervlaktedoelstelling
+
Omschrijving oppervlaktedoelstelling

Doeloppervlakte van 73 ha, te weten 80% door omvorming (herstel abiotiek vijvers) en bijkomend 20% door omvorming (van verdwenen waterpartijen van de ‘derde cascade’).

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Verwezen wordt naar de eerder benoemde kwaliteitsverbetering die vereist is voor moerasvogels. De vijvers zijn grotendeels vrij van slib en organisch sediment en bevatten helder, zeer zwak tot matig gebufferd en min of meer nutriëntenarm water met een lage stikstof- en fosforconcentratie en een matig zure tot circumneutrale pH. De natuurlijke hydrologie met aanvoer van lokaal grondwater dient hersteld te worden en goed ontwikkelde vegetaties van het subtype littorellionvegetaties en subtype éénjarig dwergbiezenverbond dienen te ontwikkelen.

Tevens wordt de kwaliteitsvereiste van een voldoende open ligging in het landschap – waar windwerking mogelijk is - beklemtoond. Bijkomende kwaliteitsvereiste is het niet, of in lage densiteiten voorkomen van bodemwoelende vissoorten die het water vertroebelen en watervegetaties begrazen.

Beklemtoond wordt het noodzakelijk toepassen van vijverbeheer met cycli van droogzetten en opnieuw vulllen, om de nodige dynamiek in het systeem te brengen, pionierscondities te creëren en de voedselrijke sliblaag te verkleinen.

Enkele vijvers bovenaan de zuidelijke vijverketen in de Maten zijn van nature uit ongeschikt voor de ontwikkeling van dit habitattype. Dit zijn de zogenoemde ‘moddervijvers’ met een kuipvormig profiel en slibrijke vijverbodem. De oeverbegroeiing bestaat eerder uit lisdodde en biezen, dan uit riet. Het gaat over de Hommelesweyer, Het Holeven, de Bovenste en Middelste Schreursweyer, de Sint-Jansweyer, de Schuitweyer, de Soorweyer en de Veldmolen. Voor deze vijvers wordt geen habitatdoelstellingen 3130 voorzien.

Oppervlaktedoelstelling
=
Omschrijving oppervlaktedoelstelling

Behoud van actuele voorkomen (4 ha).

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Bodem van de vijvers mogen een variabel gehalte slib en organisch sediment bevatten en dienen tijdens het vegetatieseizoen permanent water te bevatten. Helder, matig nutriëntenrijk (niet hypertroof) water met een matige stikstof- en fosforconcentratie en een min of meer neutrale tot matig alkalische pH. Er dient minstens één sleutelsoort abundant aanwezig te zijn.

Omschrijving populatiedoelstelling

Broedpopulatie van 40 broedparen.

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Deels gedekt met de realisatie van de kwaliteitsdoelstellingen voor roerdomp. Zie Roerdomp.

Additioneel dient vanuit deze soort als kwaliteitseis te worden meegegeven dat moerasgebieden in samenhang dienen voor te komen met andere leefgebieden die vertegenwoordigd worden door de habitattypes 4010, 6230, 7140, 7150. Een kwalitatief herstel van deze habitattypes is vereist. Voor de kwaliteitsdoelstellingen voor dit deel van het leefgebied verwijzen we naar de respectievelijke habitattypes.

Omschrijving populatiedoelstelling

2 populaties boomkikker:

  • een populatie van minimaal 200 roepende mannetjes voor het centrale reservaatsgedeelte;
  • en bijkomend een populatie van minimaal 200 roepende mannetjes in het gebied van de Lange Waters.

De realisatie van deze leefgebieden behoeft geen extra leefgebied ten opzichte van wat reeds nodig is om andere doelen (i.h.b. het habitattype 3130) te bereiken.

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Kwaliteitsdoelen deels gedekt middels eerder gestelde doelen voor andere habitats en soorten.
Specifieke, additionele kwaliteitsvereisten hebben betrekking op:

  • qua waterbiotoop: het creëren van visvrije waterpartijen;
  • qua landbiotoop: Behoud en versterken van kleinschalig landschap met ruigtevegetaties, houtwallen, bosranden en braamstruwelen met een oppervlakte van meer dan 20 ha per populatie. Dit landbiotoop moet zo goed mogelijk aansluiten bij de voortplantingsbiotopen.
Omschrijving populatiedoelstelling

Minimaal 1 broedpaar. Hiervoor is een minimaal leefgebied van 100 ha nodig. Tot het leefgebied kan worden gerekend: voldoende grote entiteiten van vijver- en moerascomplexen en open vegetaties (heiden en graslanden). De soort lift mee op de doelen van de habitats.

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Kwalitatief goed ontwikkeld leefgebied, zowel wat betreft het vijver- en moerascomplex als wat betreft de heide- en graslandhabitats. Voor de eerste verwijzen we naar de kwaliteitsdoelstellingen voor het leefgebied van de Roerdomp. Voor het tweede verwijzen we naar de kwaliteitseisen voor o.m. de Europese habitattypes 2310, 2330, 4010, 4030 en 6230, zie verder). Additioneel dient vanuit deze soort als kwaliteitseis te worden meegegeven: voldoende rust en landschappelijke openheid, niet enkel voor het vijver- en moerascomplex maar ook voor wat betreft de foerageergebieden op graslanden en heiden.

Omschrijving populatiedoelstelling

Groeiplaatsen samen> 50m². Een goede staat van instandhouding wordt tot doel gesteld door het uitbreiden van vegetatievlekken op meerdere potentiële vijvers, met de klemtoon op de noordelijke vijvercascade.

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Kwaliteitsvereisten: zie kwaliteitsdoelen voor habitat 3130 Landschap: Vijver- en moeraslandschap (begeleidend doel).

Omschrijving populatiedoelstelling

Voorkomen van een kleine populatie.

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Kwaliteitsdoelen nagenoeg volledig gedekt middels eerder gestelde doelen voor andere habitats en soorten in het landschap: Vijver- en moeraslandschap. Nadruk op:

  • bedekking met drijvende en ondergedoken waterplanten van 10-70 %;
  • lage, natuurlijke visstand voor bepaalde wateren.
Omschrijving populatiedoelstelling

Behoud van het belang van het gebied voor doortrek en als overwinteringsgebied.

Broedgevallen worden niet bij voorbaat uitgesloten maar er wordt hiervoor nu geen specifieke doelstelling vastgelegd. Indien dit zich zou voordoen, bv. in geval dat maatregelen van waterkwaliteitsverbetering en vijverbeheer ingevoerd worden, dient doelstelling voor deze soort herbekeken.

Kwaliteitsdoelstelling
=
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Kwaliteitsdoelen gedekt middels gestelde doelen voor roerdomp, woudaapje, bruine kiekendief, blauwborst en kwak (Landschap: Vijver- en moeraslandschap).

Omschrijving populatiedoelstelling

Een populatie van minimaal 200 roepende mannetjes of eiklompen op minimaal 4 grotere plassen.

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Het leefgebied voor deze soort overspant meerdere habitattypes: 2310, 2330, 3130, 4010, 4030 6230 en 7140. Een kwalitatieve ontwikkeling van deze habitats is vereist. We verwijzen naar de kwaliteitsdoelstellingen voor deze habitats. Additioneel wordt gewezen op de doelstelling van herstel van de hydrologie aan de noordzijde van het SBZ (vb. buurt Oleweyer en Heiweyerbeek).

Omschrijving populatiedoelstelling

Behoud populatiegrootte

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Kwaliteitsdoelen gedekt middels gestelde doelen voor roerdomp, woudaapje, bruine kiekendief, blauwborst en kwak (Landschap: Vijver- en moeraslandschap).

Omschrijving populatiedoelstelling

Behoud van de soort op de actuele locaties

Kwaliteitsdoelstelling
=
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Geen bijkomende kwaliteitsvereisten dan deze die eerder reeds werden gesteld.
Opgemerkt wordt dat deze soorten ook (oude) boshabitats behoeven. Voor de kwaliteitsvereisten van boshabitats: zie Landschap: Boslandschap, habitats.

Omschrijving populatiedoelstelling

Bronpopulatie van minimaal 5 voortplantingsbiotopen met in totaal meer dan 200 roepende mannetjes

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Specifieke kwaliteitsvereisten hebben betrekking op:

  • qua landbiotoop: de kwaliteit van de habitattypes 2310, 2330.(zie habitats 2310-2330, Landschap: Heidelandschap) met nadruk op het verbinden van landduinhabitattypes;
  • qua voortplantingsbiotoop: waterkwaliteit is belangrijk voor deze soort. Dit wordt reeds gedekt middels de kwaliteitsvereisten voor eerder genoemde soorten (moerasvogels) en habitats (o.m. habitattype 3130).
Omschrijving populatiedoelstelling

Behoud populatiegrootte

Kwaliteitsdoelstelling
=
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Kwaliteitsdoelen gedekt middels gestelde doelen voor roerdomp, woudaapje, bruine kiekendief, blauwborst en kwak (Landschap: Vijver- en moeraslandschap).

Omschrijving populatiedoelstelling

Behoud van het belang van het gebied voor doortrek.
Broedgevallen worden niet bij voorbaat uitgesloten maar er wordt hiervoor nu geen specifieke doelstelling vastgelegd. Indien dit zich zou voordoen, bv. in geval dat maatregelen van waterkwaliteitsverbetering en vijverbeheer ingevoerd worden, dient doelstelling voor deze soort herbekeken.

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Deels gedekt met de realisatie van de kwaliteitsdoelstellingen voor roerdomp.

Additioneel bijzondere aandacht voor het behoud van de kwaliteit van het foerageergebied in de noordelijke cascade. Dit wil zeggen: de combinatie van riet, wilgenopslag en moerasbos dient behouden.

Omschrijving populatiedoelstelling

Behoud van de soort op de actuele locaties

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Door het ouder worden en toepassen van de CDB zal de kwaliteit van het leefgebied voor deze soort toenemen.

Omschrijving populatiedoelstelling

Behoud van de soort op de actuele locaties

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Geen bijkomende kwaliteitsvereisten dan deze die reeds werden gesteld voor het landschap: Vijver- en moeraslandschap.

Omschrijving populatiedoelstelling

Satellietpopulatie van minimaal 3 broedparen. Dit vereist een minimale oppervlakte leefgebied van 90 ha. Dit vereist geen extra uitbreiding.

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Kwaliteitsvereisten gelet op het beoogd aantal broedparen:

  • geschikt leefgebied, bestaande uit rietland, moerasvegetaties (> 50 %) en open water (> 30 %);
  • helder water met goede waterkwaliteit en een hoog voedselaanbod (jonge vis, ongewervelden, amfibieën);
  • voldoende rust en waar mogelijk het creëren van predatievrije broedgelegenheden tijdens broedperiode;
  • open vijverlandschap;
  • gevarieerde leeftijdsstructuur van de rietvegetaties: per broedkoppel is er nood aan minimaal 0,5 tot 2 ha overjarig riet of lisdodde met een voldoende dikke kniklaag (opstapeling van oude stengels);
  • aanwezigheid verlandingsvegetaties (niet enkel riet/lisdodde, maar ook ondergedoken en drijvende watervegetaties);
  • hoog waterpeil in de leefgebieden tijdens het broedseizoen.

Kwaliteitsverbetering kan in het bijzonder gerealiseerd worden in de noordelijke cascade (actueel zeer beperkte oppervlakte rietmoeras en watervegetaties).

Omschrijving populatiedoelstelling

Een populatie met minimaal 200 roepende mannetjes op minimaal 5 geschikte voortplantingsplaatsen.

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Zie kwaliteitsvereisten voor beschouwde soorten en habitats in het landschap Vijver- en moeraslandschap. Onderstreept wordt het belang van een voldoende groot en kwalitatief ontwikkeld landhabitat. Hiervoor zijn de habitattypes 2310 en 2330 van groot belang. Voor de kwalitatieve (en kwantitatieve) doelen, zie habitats 2310-2330, Landschap: Heidelandschap.

Omschrijving populatiedoelstelling

Behoud van de soort op de actuele locaties

Kwaliteitsdoelstelling
=
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Geen bijkomende kwaliteitsvereisten dan deze die reeds werden gesteld voor het landschap: Vijver- en moeraslandschap. Opgemerkt wordt dat deze soorten ook (oude) boshabitats behoeven. Voor de kwaliteitsvereisten van boshabitats: zie Landschap: Boslandschap.

Omschrijving populatiedoelstelling

Behoud van de soort op de actuele locaties

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Toename van voldoende grote bloemrijke hooilanden met overgang naar moerasspirearuigten en bossen met mantel-zoomvegetaties.

Omschrijving populatiedoelstelling

Broedpopulatie van minimaal 10 broedparen

Kwaliteitsdoelstelling
Omschrijving kwaliteitsdoelstelling

Gedekt met de realisatie van de kwaliteitsdoelstellingen voor Roerdomp.

Elvira Jacques
Agentschap voor Natuur en Bos