Begrippen beginnend met D

Klik op één van de letters hierboven om de begrippen weer te geven.
Denitrificatie

Omzetting van nitraten (bv. uit bemesting) naar nitrieten en dan naar lachgas (N2O) of stikstofgas (N2) door micro-organismen die in een zuurstofvrije omgeving (bv. onder water) werken

Depositie

Hoeveelheid van een stof of een groep van stoffen die uit de atmosfeer neerkomen in een gebied, uitgedrukt als een hoeveelheid per oppervlakte-eenheid en per tijdseenheid (bv. 10 kg SO2/ha.jaar)

Depositiescan

De depositiescan is het eerste onderdeel van het online instrument voortoets, waarbij alleen indirecte effecten van verzuring en vermesting via de lucht op habitats en directe effecten (ruimtebeslag) onderzocht worden. De berekening van de reikwijdte van de andere effecten alsook de impact op soorten volgt in de voortoets in 2015. De depositiescan berekent de impact binnen een nulcontourlijn, die vastgesteld is op de kritische depositiewaarde van het meest gevoelige habitat.

Bij een eventuele vergunningsaanvraag zullen uiteraard ook deze andere effectgroepen en effecten op soorten mee in overweging worden genomen bij de passende beoordeling.

Geeft de depositiescan aan dat er géén risico op een betekenisvolle aantasting te verwachten is: dan moet de initiatiefnemer geen passende beoordeling opmaken. Is er wel een waarschijnlijkheid of een risico: dan is verder onderzoek door de initiatiefnemer of overleg met het ANB aangewezen om te bepalen of er een betekenisvolle aantasting kan zijn. Hieruit blijkt dan of een passende beoordeling is vereist. Het eindrapport van deze tool geeft in geval van een mogelijk risico ook aan wat de focus zal zijn van een eventuele passende beoordeling.

Dispersie

De eenmalige ongerichte verplaatsing van organismen op weg naar een voortplantingsplaats of ander doel.

Doelen 2020

Voor de uitvoering van de natuurdoelen is een traject uitgezet op basis van bestaande afspraken uit de Europese Biodiversiteitsstrategie, die voor Vlaanderen een resultaatsdoelstelling tegen 2020 impliceert, en van Vlaanderen in Actie (ViA) en Pact 2020, dat een afspraak omtrent de inspanningen tegen 2020 bevat. De realisatie van die taakstelling betekent concreet dat in 2020, 16 van de 47 beschermde habitattypes in een gunstige staat moeten verkeren of verbetering vertonen ten opzichte van 2007. Voor alle habitattypes en richtlijnsoorten samen moet dan 70% van de inspanningen operationeel zijn, zodat alle habitats en soorten uiterlijk tegen 2050 in een gunstige regionale staat van instandhouding kunnen worden gebracht.

Doelen 2050

De planningshorizon van het Natura 2000-programma. Tegen deze datum moeten  alle Europees te beschermen habitats en soorten en hun leefgebieden waarvoor de speciale beschermingszone is of de speciale beschermingszones zijn aangemeld of die in die zone of zones voorkomen in een gunstige staat van instandhouding verkeren. Voor bossen, die vaak een lange realisatietijd nodig hebben, geldt dat deze richting de gunstige staat moeten evolueren.

Dwingende acties

Waar de taakstelling niet via de sterkste schouders en bijkomende vrijwillige engagementen kan worden gerealiseerd, kunnen dwingende instrumenten (in het decreet omschreven door de term “dwingende acties”) worden ingezet voor acties die binnen de planperiode moeten uitgevoerd zijn. Zij kunnen de vorm aannemen van een uitgebreid aantal maatregelen, zoals het opleggen van bepaalde verbodsbepalingen (bv. het tijdelijk niet betreden of bewerken van een terrein waarvan men eigenaar is) of gebodsbepalingen, zoals het vestigen van erfdienstbaarheden tot openbaar nut. Ook het opleggen van de verplichting tot het opmaken en uitvoeren van een natuurbeheerplan behoort tot de mogelijkheden. Indien de adressant de maatregel weigert uit te voeren, dan kan het ANB zo nodig gebruik maken van bestuurlijke maatregelen, al dan niet onder last van een bestuurlijke dwangsom, of bestuursdwang. Dwingende acties kunnen zich richten tot overheden en particulieren.