Grauwe klauwier
Verbetering van de kwaliteit van het leefgebied naar bloemrijke en insectenrijke graslanden.
Instandhouding, herstel en ontwikkeling van kleinschalig, relatief extensief beheer landbouwgebied met een grote dichtheid aan lage, kleine landschapselementen met aandacht voor braamstruweel.
Het streefbeeld is een landbouwlandschap met 5-10% extensief beheerde elementen.
Zo veel mogelijk vermijden van gebruik van bestrijdingsmiddelen met het oog op diverse (grote) insectenfauna.
Vermijden van geluidsverstoring.
Actueel 1 -3 broedpa(a)r(en). Uitbreiding tot een kernpopulatie in Noordoost-Limburg van 10 BP in Sint-Maartensheide en 10 BP in Itterbeek-Brand.
Voor het behalen van een goede staat van instandhouding wordt er 120-130 ha extra leefgebied (kamgraslanden en rbbsp) voorzien (via effectieve uitbreiding) in Sint-Maartensheide en Itterbeek-Brand bovenop de eerder in het rapport benoemd oppervlaktes Europees te beschermen habitats (6510, 6230) om in totaal tot twee kernen van elk ongeveer 100 ha geschikt leefgebied te komen De twee kernen dienen wel met elkaar verbonden te worden door een voldoende dicht netwerk van kleine landschapselementen. Dit houdt enerzijds het herstel in en maar mogelijk de ontwikkeling van kleine landschapselementen.
Behoud van telkens elk één broedpaar Aan de watering ‘De Holen’ en het Smeetshof (beiden enkel SBZ-V)