Met het oog op het duurzaam behoud van de Kamsalamander in het SBZ-H worden enkele kernpopulaties, die in verbinding staan met satellietpopulaties, beoogd. Voor het uitbouwen van de kernpopulaties van Kamsalamander dient een netwerk van zowel water- als landhabitat aanwezig te zijn. De uitbreiding en het herstel van het bocagelandschap is in dat opzicht de meest geschikte maatregel om de kernpopulaties en de verbindingen tussen de populaties te realiseren. Het bocagelandschap is een halfopen landschap met wei-, hooiland en akkers afgewisseld met veel KLE’s (houtkanten, struweel, poelen, etc.). Het deelgebied Heuvelland is potentieel het meest geschikte gebied om het bocagelandschap te herstellen. Dergelijk landschap komt er nog voor, hoewel het onder druk staat. De mogelijkheden voor samenwerking met o.a. landbouwers, bijvoorbeeld voor het onderhoud van het leefgebied, moeten hierbij onderzocht worden. Een tweede deelgebied dat zich leent tot de uitbouw van een bocagelandschap is Palingbeek-Vierlingen-Gasthuisbossen. Hier is er weliswaar minder ruimte en het herstel van het bocagelandschap moet op kleinere schaal gezien worden, als verbinding tussen de Kamsalamanderpopulaties binnen en buiten SBZ-H.
Het bocagelandschap is verder van essentieel belang:
- als foerageergebied voor de Wespendief;
- als foerageergebied voor de vleermuissoorten van de categorie 2;
- als verbindingsgebied tussen slaapplaats en foerageergebied voor de vleermuissoorten van categorie 1 en 2;
Het herstel van het bocagelandschap verzekert bovendien de instandhouding van verschillende Rode Lijst soorten: Sleedoornpage, Geelgors, Hazelworm, etc.