Droge Bossen - BE21000024

Bos komt verspreid over de deelgebieden voor. Naaldbos en gemengd bos domineren. Het aandeel habitatwaardig bos is gering. Deze SBZ is zeer belangrijk voor de zuurminnende eikenberkenbossen. Het belangrijkste knelpunt voor de bossen is in veel gevallen de jonge leeftijd en het te hoog aandeel naaldhout. Binnen deze SBZ ligt de nadruk niet zozeer op bosuitbreiding, maar op een sterke kwaliteitsverbetering van de loofbossen. Dit moet leiden tot enkele grotere loofboskernen die goed gebufferd zijn en duurzame populaties van typische bossoorten kunnen bewerkstelligen. Daarnaast is er ook aandacht voor realisatie van open plekken en geleidelijke overgangen naar open vegetaties voor soorten als nachtzwaluw en boomleeuwerik.

Naast een uitbreiding (louter door omvorming) van de (droge) loofbossen met 303 ha, is het globaal doel het behoud van de actuele oppervlakte aan habitat:

  • 9120: 4 ha
  • 9160: 3 ha
  • 9190: 21 ha