Betere waterkwaliteit
Denitrificatie: nitraat wordt stikstof
Ecosystemen zorgen ervoor dat er minder nitraat in ons oppervlakte- of grondwater terechtkomt. Dat doen ze door biologische denitrificatie, waarbij nitraat door bacteriën wordt omgezet in stikstof. Nitraat, dat schadelijke gevolgen kan hebben, wordt op die manier verwijderd uit het leefmilieu, met positieve gevolgen bv. voor ons drinkwater.
Het denitrificatieproces treedt, weliswaar in verschillende vormen, op in de meeste ecosystemen. Het vindt plaats in microsites van goed gedraineerde bodems van bossen, graslanden en akkers, in waterverzadigde bodems, in kwelzones, in oeverzones, in de sedimenten van beken, rivieren en waterplassen enzovoort.
Op dit moment verwijdert het Natura 2000-netwerk elk jaar 1.100 ton stikstof door ecosysteemprocessen. Het uitvoeren van de natuurdoelen zal elk jaar ongeveer 420 ton extra verwijderde stikstof betekenen.
Opslag in de bodem
Net zoals koolstof kunnen stikstof en fosfaat vastgelegd worden in de bodem, als organische stof begraven wordt en daar niet mineraliseert door een gebrek aan zuurstof. Zo kunnen stikstof en fosfaat gedurende een lange tijd worden opgeslagen. Net als bij denitrificatie is dit een belangrijke dienst, want zo belanden fosfaat en nitraat niet in het grond- of oppervlaktewater.
Op dit moment ligt er ongeveer 2,25 miljoen ton stikstof (onder de vorm van nitraat) vast in het Natura 2000-netwerk. Het uitvoeren van de natuurdoelen zal nog eens ongeveer 21.000 ton extra vastleggen.
