Naaldbossen moeten door gericht beheer worden omgevormd naar de nagestreefde loofbossen op droge zandgronden. Preferentieel op gronden die een verdrogende of verzurende impact kunnen hebben op open habitats of waar doelsoorten in de bossfeer aanwezig zijn. Voor de bossen, beheerd door het ANB wordt er van uitgegaan dat op termijn minimaal 80% van de bosoppervlakte zal evolueren in de gewenste richting door de toepassing van de bestaande beheervisie van het ANB. In de private bossen kan omvorming door de CDB gerealiseerd worden. Minimaal 20% Europees boshabitat wordt hierdoor gerealiseerd. Daarnaast moet op overgangen naar heide of graslanden (preferentieel waar doelsoorten als nachtzwaluw, spaanse vlag, boomkikker voorkomen) een structuurrijke overgang gerealisserd worden.